Naast het statisch doodaasvissen mogen we graag vanuit de boot met dood aas vissen. Reden? We bestrijken dan meer water en komen dus in theorie meer roofvissen tegen. Daarnaast vinden we het simpelweg een aangename manier van vissen doordat we meer zien van de omgeving. We zien het vissen vanuit de boot dan ook als aangename afwisseling op het doodazen van onder de shelter.
Afgelopen roofvisseizoen (2012/2013) zijn we meerdere dagen met het bootje erop uit getrokken. Vaak sleepten we dan met sleepdobbers en onderwaterdobbers. Het voordeel van de onderwaterdobber is dat de aasvis continu vlakbij de bodem kan worden aangeboden. De onderwaterdobber kan met name op waters met een grillig bodemverloop van pas komen. Bij een aanbeet geven we de stek wat extra aandacht (die ene roofvis zit er waarschijnlijk niet voor niets denken we dan) door bijvoorbeeld aan te meren. Afhankelijk van het aantal aanbeten blijven we dan hangen op deze stek, of slepen we door.
Op een dag in oktober 2012 waren we ook aan het slepen. Mijn maatje met een sleepdobber en ik met de onderwaterdobber. Na een op het oog zeer aantrekkelijk stuk water zonder resultaat te hebben afgesleept kreeg ik middenin de vaargeul een klap op m’n hengel met de onderwaterdobber. Door de gevlochten lijn kwam de aanbeet hard door. Een getakeld klein makreeltje was gegrepen! Ik besloot meteen de haken te zetten. Na een mooi gevecht kon mijn maatje de dame in kwestie landen.
Wat deze vangst voor mij zo leuk maakte is dat de snoek al eerder op de dag wat had opgepeuzeld. Op de foto is namelijk duidelijk te zien dat er al wat in de maag zit. Wat het exact is was een raadsel… een watervogel, brasempje, rat? In elk geval kon er voor deze veelvraat nog wel een klein makreeltje bij.
Vang ze,
Dennis